11 mrt Elektrische auto’s en wetgeving 2014
Elektrische auto’s staan flink in de belangstelling. Het aanbod aan elektrische en plug-in hybride auto’s neemt toe, de actieradius wordt groter en het netwerk aan oplaadpunten breidt zich uit. Tijd om te kijken naar de huidige stand van fiscale regelingen voor de elektrische auto.
Allereerst de bijtelling. Bij een volledig elektrische auto wordt op het standaard bijtellingstarief van 25% van de cataloguswaarde, bij een eerste tenaamstelling tussen 1 januari 2014 en 31 december 2015, gedurende 60 maanden een korting verleend van 21 procentpunten. Het bijtellingspercentage is dan 4%. (Mitsubishi i-MiEV)
Voor plug-in hybrides (Outlander PHEV) geldt bij eerste tenaamstelling in 2014 en 2015 een korting van 18 procentpunten, zodat het bijtellingspercentage dan 7% is. De CO2-uitstoot mag dan niet hoger zijn dan 50 gram/km.
Voor de investering in een elektrische auto geldt daarnaast de milieu-investeringsaftrek (MIA). De gewone investeringsaftrek, voluit kleinschaligheidsinvesteringsaftrek geheten (KIA), is per 2014 vervallen voor personenauto’s.
De MIA is een extra aftrekpost die van de winst mag worden afgetrokken en is van toepassing indien een investering voorkomt op de zogenaamde milieulijst die jaarlijks door RVO (voorheen Agentschap NL) wordt gepubliceerd.
Volledig elektrisch aangedreven voertuigen (i-MiEV) zijn onder de nieuwe code G 3110 opgenomen in de Milieulijst 2014. De investeringen in deze bedrijfsmiddelen komen tot een investeringsbedrag van € 50.000 in aanmerking voor 36% MIA.
Zogenoemde plugin-hybride personenauto’s (Outlander PHEV) zijn onder de nieuwe codes D 3111 en E 3112 opgenomen in de Milieulijst 2014.
De code D 3111 ziet op plugin-hybride personenauto’s met een CO2-uitstoot van 1 tot en met 30 gram per kilometer. De MIA bedraagt dan 27% en geldt tot een investeringsbedrag van € 35.000.
Onder code E 3112 valt de plugin-hybride personenauto (Outlander PHEV) met een CO2-uitstoot van 31 tot en met 50 gram per kilometer. Deze investering komt tot maximaal € 12.500 in aanmerking voor 13,5% MIA.
Om voor de MIA in aanmerking te komen, moet de investering binnen 3 maanden bij RVO (NB: niet meer bij de belastingdienst) worden aangemeld.
Versnelde afschrijving op basis van de VAMIL-regeling is per 2014 niet meer mogelijk.
Oplaadpunten kwalificeren voor zowel MIA en VAMIL. Wel geldt er een ondergrens van €2.500 voor deze investering.
Let bij het reserveren van een elektrische of plug-in hybride auto goed op de exacte inhoud van de overeenkomst. Als de reservering feitelijk het aangaan van de investeringsverplichtingen is, begint de 3 maanden aanmeldingstermijn reeds bij het tekenen van de reservering.
Verder is qua investering van belang dat voor elektrische auto’s de komende jaren een nihiltarief BPM geldt. De elektrische auto kan dus zonder deze aanschafbelasting worden ingezet.
Voor de motorrijtuigenbelasting, ook wel wegenbelasting genoemd, geldt eveneens een nihiltarief. Dat nihiltarief gold in 2013 tevens voor alle niet-dieselauto’s met een CO2-uitstoot van niet meer dan 110 gram/km en voor dieselauto’s met maximaal 95 gram CO2-uitstoot per kilometer. Vanaf 2014 is het nihiltarief (tot en met 2015) alleen nog van kracht voor auto’s met een CO2-uitstoot van niet meer dan 50 gram/km. (Outlander PHEV en i-MiEV)
Voor de omzetbelasting (BTW) geldt vanaf 1 juli 2011 geen specifieke regeling meer voor elektrische auto’s. Bij privégebruik is de gewone hoofdregel van toepassing die er in de praktijk op neerkomt dat alle BTW aftrekbaar is en dat jaarlijks een heffing over privégebruik wordt toegepast. Die heffing kan plaatsvinden op basis van werkelijke kilometerverhoudingen (privékilometrage vs. totaal kilometrage) of op basis van een forfait ter grootte van 2,7% van de catalogusprijs.
Accijnzen zijn bij elektrische auto’s niet aan de orde. In plaats daarvan wordt een energiebelasting geheven per kWh. Vergelijking met traditionele brandstoffen levert op dat de belasting op elektriciteit, berekend per MegaJoule, slechts 56% bedraagt van die van normale loodvrije benzine. Of deze energiebelasting en de kosten van de elektriciteit ook daadwerkelijk betaald moeten worden, hangt uiteraard sterk af van de vraag waar de auto opgeladen wordt.
Naast al deze fiscale faciliteiten zijn ook lagere overheden bereid bij te dragen in de kosten. Zo heeft de gemeente Amsterdam een nieuwe subsidieregeling opengesteld. In Amsterdam kunnen zakelijke veelrijders daarmee een subsidie van € 5.000 krijgen bij aanschaf van een elektrische personenauto.
Zonder naar volledigheid te willen streven, hieronder nog een aantal links naar andere locale subsidieverstrekkers/samenwerkingspartners:
Rotterdam (laadpalen)
Zaanstad (laadpalen)
Utrecht
Brabant
Limburg
Voor elektrische bedrijfsauto’s is de subsidieregeling emissiearme taxi’s en bestelauto’s van Agentschap NL interessant: met deze regeling kan een subsidie van 3.000 euro worden aangevraagd.
Voor NSL Knelpuntgemeenten is deze regeling eind 2012 verruimd.
(stand van fiscale wet- en regelgeving per januari 2014)